Plan De Brink
Klik hier om de 3D animatie te bekijken

Welkom in de geluksfabriek

Welbeschouwd: gedachtesprongen

Mies dood. Dus gedachtesprongen. November 1962, de 26e, een bomvolle studentensociëteit aan de Korenmarkt, een kleine tv op de bar met die inzamelingsactie ‘Open het Dorp’ in beeld. Alle ogen niet gericht op Mies, maar op die andere sterspeler, Arie Klapwijk. Revalidatiearts, directeur van de Johanna Stichting waar dat nieuwe Dorp aan opgehangen zou worden. Onze Arie, vier jaar lang mijn docent fysiologie aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding (CALO) in Arnhem. Een ‘liefdadigheidsmarathon’ voor een baanbrekend plan: een woonvoorziening voor ernstig lichamelijk gehandicapten, waar ze zélf de regie over hun leven in handen kregen! Een geluksfabriek!Zijn beste collega was Frits van Faassen, hoogleraar anatomie aan de VU in Amsterdam. Ook van hém kregen wij vier jaar wekelijkse colleges anatomie. Zijn research was gericht op kunstmatige aanpassingen voor mensen met lichamelijke handicaps, bijvoorbeeld geamputeerde ledematen. Net terug van een studiereis naar collega’s in de USA vertelde hij eens over een laboratorium waar ze voor vrouwen prachtige beenprothesen maakten. Maar wel dubbel: één voor platte schoenen, maar óók eentje voor ‘high heels’. Hoe maak je mensen gelukkig!

 

Van Faassen en Klapwijk waren maatjes met mijn toenmalige rector van die CALO door een gezamenlijk VU-verleden. Die rector, Carl Gordijn, had een nogal dwarse kijk op lichamelijke opvoeding en ontwikkelde een alternatieve theorie en praktijk die hem een professoraat aan diezelfde VU opleverde. Samen kregen ze het voor elkaar daar een interfaculteit voor de studie van ‘het menselijk bewegen’ rond te krijgen. Nu: Faculteit Bewegingswetenschappen (FBW/VU), met als missie het menselijk bewegen vanuit meerdere wetenschappelijke invalshoeken te bestuderen.

Van Faassen wilde bij zijn onderzoek allerlei ándere, niet-medische specialisten betrekken. Allereerst een ingenieur in de mechanica. Dat werd Gerrit Jan van Ingen Schenau. Die deed fundamenteel werk voor het verder ontwikkelen van goede prothesen. Min of meer toevallig hield hij zich privé ook bezig met schaatsen op natuurijs. En bedacht uiteindelijk de nu gebruikte klapschaats. Ja, de klápschaats, waar nu heel de langebaanschaatsende wereld toe veroordeeld is, wil je medailles scoren. Zijn uitvinding werd aanvankelijk weggehoond: meidenschaatsen! Totdat in 1996 een Nederlandse er mee scoorde op de OS Winterspelen. Als professor heeft hij die eerste successen nog net mee kunnen maken. Alweer: een geluksfabriek.

Pas las ik het proefschrift van de dochter van achterburen. Over doofheid, taalontwikkeling en sociaal functioneren. Onderzoek om tranen van in de ogen te krijgen. Wát een persoonlijke drive, en wát een resultaat en perspectief. Ik tipte haar als kandidaat voor ‘Een preek van de leek’ in onze Bathmense PKN-gemeente, maar dat bleek niet te passen. Jammer. Ik zoek naar ándere mogelijkheden om dat soort verhalen hier over de toonbank te krijgen. Het is het waard: het gaat over geluksproductie!

En die Mies en onze Arie Klapwijk? We zagen die spontane Mies onze dokter bij de sluiting van die inzamelingsgekte spontaan omhelzen en warm kussen! En hoe ongemakkelijk onze wat afstandelijke, gespeeld hautaine, vaak cynische, maar begaafde docent zich daaronder voelde. Jammer, geen kleuren-tv nog: anders hadden we hem tot op het bot zien blozen! Van geluk.

 

Piet van der Klis.